Alles over het energielabel
Voor wie energie wil besparen, is het energielabel een handig instrument. Dankzij het energielabel van een woning is er bijvoorbeeld meteen duidelijkheid over welke energetische bespaarmogelijkheden er nog zoal zijn. Daarnaast zijn er ook energielabels voor apparaten en auto's. Op basis van deze energielabels kan de consument een bewuste keuze maken. Bovendien is sinds 1 januari 2021 het energielabel voor gebouwen gewijzigd. De klassieke energielabelletters blijven daarbij bestaan, maar de eisen worden strenger. Zo kan het energielabel sinds 2021 niet langer louter online worden bekomen, maar moet er een energieadviseur ter plaatse komen.
Energielabel voor de woning
Sinds 1 januari 2015 moeten alle woningen in het bezit zijn van een energielabel. Het energielabel geeft aan hoe energiezuinig een woning is. De schaal loopt van A tot en met G, waarbij A heel goed en G zeer slecht is.
Verschillende soorten energielabels
Energielabels spelen een belangrijke rol in de verkoop en verhuur van een woning. Verkopers en verhuurders zijn bij de overdracht verplicht om het energielabel mee te geven. Aan de hand van het energielabel weten kopers en huurders waar ze aan toe zijn. Zo wordt duidelijk hoe zuinig de woning is, wat een indicatie geeft van de te verwachten energiekosten. De Rijksoverheid heeft de labels ingedeeld op een schaal van energielabel A tot energielabel G.
Er is een voorlopig energielabel en een definitief energielabel. Bij een voorlopig label gaat het om een schatting. De woning kan beter of slechter scoren. De schatting wordt gebaseerd uit een onderzoek uit 2006. Verder worden er gegevens van het Kadaster gebruikt. Daarbij wordt gekeken naar het type woning, de grootte van de woning en het bouwjaar. Bij het verkopen of verhuren moet het energielabel dan definitief worden gemaakt.
Het is belangrijk te weten dat er niet meteen slecht nieuws is als de woning slecht wordt geïndexeerd. In een aantal stappen kan men zelfs van energielabel G naar energielabel A klimmen. Wel moeten daarvoor de nodige investeringen voor gebeuren. We leggen eerst ieder energielabel uit.
Energielabel A
Een woning met energielabel A is zeer energiezuinig. Er zijn dan weinig verbeterpunten. Energielabels A en B vallen onder de ‘groene energielabels’. Dergelijke woningen zijn vaak iets duurder in de aanschaf, maar de investering kan gemakkelijk worden terugverdiend. Het wonen in een woning met energielabel A is niet alleen gunstig voor de portemonnee, maar ook voor het woongenot. Een woning met energielabel A wordt vaak snel verkocht en levert een hogere prijs op.
Energielabel B
De woning is geïndexeerd op energielabel B. Er is dan geen reden voor paniek, want het betreft hier nog steeds een ‘groen energielabel’. Het gaat hier om een energiezuinige woning, waarbij het comfortabel is om erin te wonen. Een huis met een groen energielabel wordt sneller verkocht. De stap naar energielabel A is bovendien eenvoudig te maken. Een huis met energielabel B heeft goede vloer-, dak- en (spouw)muurisolatie.
Energielabel C
Bij de invoering van het energielabel haalden de meeste huizen in Nederland energielabel B of C. Bij een woning met energielabel C wordt er meer energie verbruikt. Er is dan geen sprake van een groen energielabel, maar het zijn ook niet de grote boosdoeners. Ze schipperen ergens in een schemerzone tussen de energiezuinige en de niet-energiezuinige woningen. Zo is er bijvoorbeeld wel spouwmuurisolatie. Van energielabel C naar A evolueren is niet erg ingewikkeld. Er zijn hiervoor een aantal simpele maatregelen mogelijk.
Energielabel D
Een woning met energielabel D verspilt niet enorm veel energie, maar toch zijn de energiekosten van de woning aanzienlijk. Dat betekent niet alleen dat de energierekening hoog is, maar het gaat er ook om dat de woning bij verkoop minder oplevert. Dat is uiteraard relatief, maar een huis met label D levert minder op dan een woning met energielabel A. Zorg voor de juiste isolatie en dan komt het goed.
Energielabel E
Energielabel E is een slechte score. Het is geen groen, maar een rood label. Dat betekent dat er al heel wat aan de woning moet gebeuren voordat men energielabel A kan bemachtigen. Een dergelijk huis is bovendien ook veel minder waard. Er moet een forse investering gedaan worden, maar deze investering kan gemakkelijk terugverdiend worden binnen tien jaar. Het gaat dan voornamelijk om de aanleg van zonnepanelen en het aanleggen van veel betere isolatie.
Energielabel F
Energielabel F maakt de verkoop van een woning vrijwel altijd problematischer. Men zal minder voor de woning betaald krijgen dan het huis eigenlijk waard is. Dat komt doordat woningen met dit energielabel niet erg gewild zijn. Kopers houden rekening met hogere energierekeningen en de extra investeringskosten die ze moeten doen om te kunnen besparen. Zorg voor een betere isolatie, zonnepanelen en laat de combiketel vervangen door een HR-combiketel. Het is een flinke investering, maar het kan gemakkelijk worden terugverdiend op de energierekening en bij de verkoop van de woning.
Energielabel G
De allerslechtste score is energielabel G. De woning is schadelijk voor het milieu en de financiën. Bovendien doet zo’n woning het slecht op de woningmarkt. De verkoopprijs is vaak erg laag en daarenboven wordt het huis niet zo eenvoudig verkocht. De investeringen kunnen al snel oplopen. In ruil daarvoor verkrijgt men wel een enorme besparing op de energierekening.
Een energielabel aanvragen
Het definitieve energielabel kan worden aangevraagd wanneer men de woning wil verkopen of verhuren. Een energielabel is niet alleen belangrijk voor de verkoper of verhuurder van de woning, maar ook voor kopers en huurders.
Als eigenaar aan een energielabel komen
Sinds 1 januari 2021 wordt het energielabel op een andere manier toegekend. Energielabels die op de oude manier werden toegekend, blijven wel nog steeds tien jaar geldig vanaf de toekenningsdatum. Hoewel deze labels nog volgens het soepele systeem zijn toegekend, hoeven ze pas na hun vervaldatum vernieuwd te worden. Op termijn zullen uiteindelijk alle energielabels volgens de strengere regels zijn opgesteld.
Volgens de vernieuwde methode moet het energielabel op basis van NTA 8800 worden aangevraagd. Dit is een strenge bepalingsmethode om de energieprestaties van gebouwen vast te leggen. In de praktijk moet er een gediplomeerd en gecertificeerd bedrijf worden ingeschakeld om het energielabel te bepalen. Op basis van de lokale gebouwopname legt de gediplomeerde adviseur vast in welke mate het gebouw aan bepaalde eisen voldoet en voert hij de energieprestatieberekening uit.
Het onderzoek door de adviseur duurt ongeveer één tot twee uur. Tijdens het onderzoek noteert de adviseur de kenmerken van de woning. Het gaat dan bijvoorbeeld om de afmetingen, de aanwezige isolatie, kenmerken van installaties zoals zonnepanelen en cv-ketels enzovoort. Nadien maakt de adviseur de nodige berekeningen en bezorgt hij het attest. Elke energieadviseur kiest zelf de tarieven die hij hanteert en eigenaars zijn vrij in de keuze voor een adviseur. Goed vergelijken kan soms lonen.
Energielabel voor kopers
Alle verkopers van woningen in Nederland hebben een energielabel. Bij verkoop van de woning is het wettelijk verplicht om het energielabel over te dragen. Wanneer dit niet gebeurt, kan men procedures opstarten en stappen ondernemen. In de meeste gevallen wordt het energielabel pas overgedragen wanneer de koop officieel gesloten wordt. Het ondertekenen van de papieren bij de notaris is vaak het meest geschikte moment om een energielabel over te dragen aan een koper.
Energielabel voor verhuurders
Voor huurders kan het soms lastiger zijn om het energielabel te bemachtigen. Toch zijn ook verhuurders wettelijk verplicht een energielabel voor te leggen. De verhuurder moet dit voorleggen wanneer het huurcontract wordt ondertekend. De classificatie van het energielabel kan van invloed zijn op de hoogte van de huurprijs en is een zeer goede indicatie voor de verwachte vaste lasten, zoals de energierekening.
Voor wie al lange tijd huurt, gelden er andere regels. Hier is de verhuurder enkel verplicht om een energielabel te geven wanneer het huurcontract na 1 januari 2008 is ingegaan.
Wie als huurder geen energielabel van de verhuurder krijgt, kan een brief naar de verhuurder sturen met het verzoek alsnog een energielabel op te stellen. Lukt dat niet, dan kan er een melding worden gedaan bij de Inspectie Leefomgeving en Transport (IL&T). In uiterste gevallen kan men kiezen voor een gang naar de rechter.
Checklist bij het aanvragen van een energielabel vanaf 2021
Wanneer er een afspraak is gemaakt met de energieadviseur, is het noodzakelijk om zelf ter plaatse te zijn. Er zijn hoe dan ook een aantal zaken waaraan je moet denken. Daarom is er deze checklist.
Afspraak gemaakt met een energieadviseur?
Offerte bevestigd?
Naar Verbeterjehuis.nl gesurft en het gesprek en eventuele vragen voorbereid?
Eventuele bouwtekeningen klaargelegd?
Facturen verzameld van alle verbetermaatregelen?
Documentatie van toestellen zoals de verwarming?
Woning opgeruimd zodat energieadviseur eenvoudig waarnemingen kan doen?
Eventueel: geld voorhanden voor een eventuele contante betaling?
Kosten van een energielabel vanaf 2021
De kostprijs is afhankelijk van een aantal zaken, zoals het type woning, de documenten die al dan niet beschikbaar zijn en de tijd die een energieadviseur nodig heeft. Het is dan ook belangrijk om ervoor te zorgen dat alle documenten klaarliggen en dat de adviseur eenvoudig toegang heeft tot alle ruimten van de woning. Uiteraard zijn energieadviseurs ook vrij om eigen tarieven en prijsstructuren te hanteren en komen vaste prijzen zeker voor, maar let dan goed op wat al dan niet in de prijs begrepen is. Want ook dan is er vaak nog een toeslag als de benodigde tijd onredelijk uitloopt.
Aanvankelijk communiceerde de overheid dat het nieuwe energielabel in 2021 100 euro zou kosten voor een appartement en 190 euro bij een gezinswoning. In de praktijk vragen energieadviseurs vaak meer en is het niet ongewoon dat de kosten hoger zijn dan 250 euro. Vraag meerdere offertes aan via het Centraal Register Techniek of maak gebruik van vergelijkingswebsites zoals Energielabelvoorjewoning.nl.
Energielabel berekenen
Sinds 2021 is het niet langer mogelijk om het energielabel louter online te berekenen. Sindsdien moet er een energieadviseur ter plaatse komen om het energielabel te berekenen. De energieadviseur komt hiervoor langs en zal de karakteristieken van de woning opnemen. Zo’n woningopname duurt gemiddeld 90 tot 120 minuten. Op basis hiervan zal de energieadviseur een energieprestatieberekening maken en een afschrift van het energielabel bezorgen. Na de registratie is het energielabel ook te downloaden via de website MijnOverheid.
Verbeter het energielabel voor de woning
Het energielabel van een huis is gemakkelijk te verbeteren. Wanneer het gaat om een oud huis zal het doorgaans niet of niet goed genoeg geïsoleerd zijn. Men kan dan het energielabel aanzienlijk verbeteren door isolatie aan te brengen. De meest aangebrachte vorm van isolatiemateriaal is dakisolatie. Dat komt doordat de warmte in een huis naar boven trekt en via het dak het huis zal verlaten. Door de isolatie van een dak wordt voorkomen dat er energie wordt verspild in een huis. Een andere vorm van isolatie die vaak in combinatie hiermee wordt toegepast, is muurisolatie. Doordat er isolatiemiddel in de spouw van de gevel wordt aangebracht, wordt vermeden dat koude en vocht van buitenaf een huis kan binnenkomen. Een mindere hoeveelheid energieverspilling zorgt uiteraard voor een beter energielabel.
Eigen energie opwekken
Een andere mogelijkheid om een huis energievriendelijk te maken, is door eigen energie op te wekken, bijvoorbeeld met zonnepanelen. Met zonnepanelen kan een energielabel aanmerkelijk worden opgekrikt. Op die manier kan een huis tot wel twee treden klimmen in het energielabel. Wanneer een huis helemaal klimaatneutraal is, waarbij er energie wordt terug geleverd aan het energienet, zal het energielabel mogelijk zelfs met drie treden verbeteren. Er is sprake van teruglevering wanneer er meer zonne-energie wordt opgewekt dan dat er wordt gebruikt in het huis. Zo kan een oud huis met de juiste voorzieningen en maatregelen van een zeer ongunstig energielabel evolueren naar een huis met een gunstig energielabel.
Van het gasnet af
Aangezien er binnenkort allicht een einde aan het gastijdperk in Nederland komt, is het nu reeds interessant om van het gasnet af te gaan. Een woning kan van het gasnet worden afgesloten, bijvoorbeeld omdat de warmtevoorziening verloopt via een zonneboiler of een warmtepomp. Dat zorgt ervoor dat een huis, in combinatie met de eerdergenoemde maatregelen, in de meest positieve klasse van de energielabels kan belanden. Als extra voordeel verhoogt zo uiteraard ook de waarde van het huis.
Voordelen van het energielabel voor woningen
Het grootste voordeel van het energielabel voor woningen is dat het duidelijkheid biedt over de energieprestaties van een woning. Hierdoor kunnen potentiële kopers en huurders een weloverwogen keuze maken, terwijl verkopers en verhuurders worden aangemoedigd om energiebesparende investeringen te doen. Het energielabel biedt ook duidelijkheid over welke energiebesparingen mogelijk zijn en wat het oplevert. Wanneer men bespaart op de energiefactuur neemt per slot van rekening de waarde van het pand toe.
Zuinige woningen worden doorgaans sneller verkocht dan minder zuinige woningen. Het is dus belangrijk om een zo hoog mogelijk energielabel voor de woning te hebben. Bovendien betekent een zuiniger huis ook minder jaarlijkse energie- en stookkosten.
Ten slotte koppelen steeds meer kredietverstrekkers strengere voorwaarden aan de aankoop van een woning met een slecht energielabel. Er kan dan bijvoorbeeld minder worden geleend of aan minder gunstige voorwaarden. Kiezen voor een woning met een gunstiger energielabel zorgt dus mogelijk voor extra leencapaciteit.
Energielabel voor apparaten
Op het moment dat men naar de winkel gaat omdat de oude wasmachine gesneuveld is, valt er gelijk wat op. De wasmachines die in de winkel staan, hebben een label aan de zijkant met daarop een letter. Voor velen lijkt dit misschien nietszeggend, maar het is wel zo dat dit label een flinke waarde heeft. Net zoals woningen hebben ook apparaten immers een energielabel. Met behulp van dit energielabel kan de consument een bewuste keuze maken en de voorkeur geven aan een energiezuiniger apparaat. Per 1 maart 2021 gelden er nieuwe regels voor het energielabel voor apparaten.
Nieuwe energielabel per 1 maart 2021
Het nieuwe energielabel dat sinds 1 maart 2021 wordt gebruikt, is overzichtelijker. Vroeger waren er verwarrende categorieën zoals A+ en A++. Bovendien kwamen apparaten die energetisch niet de beste keuze waren, wel terecht onder de positief gewaardeerde A-categorie. Dit kwam omdat technologische ontwikkelingen het oorspronkelijk wettelijk kader voorbijgestreefd waren. Met het nieuwe energielabel is de A-categorie opnieuw de hoogste categorie en is de G-categorie de laagste categorie. De verwarrende pluscategorieën zijn losgelaten en het onderscheid is opnieuw duidelijker gevisualiseerd. Door nieuwe criteria belanden veel toestellen per 1 maart 2021 in een lagere energieklasse. Daarom mogen oude en nieuwe energielabels niet met elkaar vergeleken worden. Ook de weergegeven waarden zijn vaak op een volledig andere manier bepaald.
Het nieuwe energielabel dat sinds 1 maart 2021 wordt gebruikt, bevat bovendien extra informatie, bijvoorbeeld over het waterverbruik van wasmachines of het aantal decibels dat een wijnklimaatkast genereert. Daarnaast is er een QR-code weergegeven op basis waarvan het mogelijk is om alle specificaties te downloaden en te bekijken. Hiervoor wordt er gewerkt met een onafhankelijke Europese database.
Houd er rekening mee dat het energielabel enkel stapsgewijs wordt aangepast voor koelkasten, vaatwassers, wasmachines, televisies en lampen. Daarnaast is het energielabel nog voor talloze andere apparaten verplicht, zoals airconditioners, verwarmingstoestellen en zelfs voor banden. Sommige apparaten zoals stofzuigers hebben op het moment van schrijven nog geen energielabel. Hier wordt werk van gemaakt.
Energielabel per apparaat
De informatie die op het energielabel komt te staan, verschilt per apparaat. Dat is ook logisch want elk apparaat heeft andere kenmerken en dat heeft gevolgen voor de additionele informatie die op het energielabel wordt weergegeven. De belangrijkste apparaten zijn hieronder weergegeven.
Energielabel voor wasmachines
Het oude energielabel voor wasmachines was volledig voorbijgestreefd. Steeds meer wasmachines hadden energieklasse A+++, terwijl er onderling toch grote verschillen waren. Daarom hanteerden fabrikanten soms eigen categorieën zoals A+++-50%. Daarmee gaven ze aan dat ze 50% minder energie verbruikten dan een wasmachine met energieklasse A+++, die 30% minder energie verbruikt dan een wasmachine met energieklasse A. Nogal complex, niet?
Het nieuwe energielabel dat sinds 1 maart 2021 wordt gebruikt, is veel strikter samengesteld en gebruikt nu een nieuwe classificatie die opnieuw loopt van energieklasse A tot en met energieklasse G. Ook stelt men op een andere manier het energieverbruik vast. Zo vertrekt men nu van maar liefst 100 wascycli om het energieverbruik vast te stellen.
Naast de energie-efficiëntieklasse wordt ook het gewogen energieverbruik per 100 wascycli weergegeven. Hiervoor vertrekt men van een Eco 40-60-programma voor het wassen van normaal bevuild wasgoed. Daarnaast bevat het energielabel dat sinds 1 maart 2021 wordt gebruikt ook informatie over:
De duur van het Eco 40-60-wasprogramma
Het gewogen waterverbruik per wascyclus bij het Eco 40-60-wasprogramma
De maximale laadcapaciteit
De centrifuge-efficiëntieklasse
Het geluidsniveau
Energielabel voor was-droogcombinaties
Ook het vroegere energielabel voor was-droogcombinaties was aan een herziening toe. Het was zelfs niet meer aangepast sinds het in 1996 werd ingevoerd. Het nieuwe energielabel dat sinds 1 maart 2021 wordt gebruikt, geeft de energieklasse weer voor wassen en drogen (linkerkant) en voor alleen wassen (rechterkant). Hierdoor kan het energielabel twee waarden weergeven. De waarde die betrekking heeft op het wassen, wordt op dezelfde manier samengesteld als het energielabel voor wasmachines. Bovendien is ook dezelfde additionele informatie op het energielabel opgenomen. Daarbovenop bevat het energielabel ook informatie over:
Gewogen energieverbruik bij een volledige bedrijfscyclus (wassen en drogen)
Maximale beladingscapaciteit bij een volledige bedrijfscyclus
Gewogen waterverbruik bij een volledige bedrijfscyclus
Programmaduur van een volledige bedrijfscyclus
Energielabel voor vaatwassers
Voor de berekening van de energieklasse voor vaatwassers vertrekt het nieuwe energielabel dat sinds 1 maart 2021 wordt gebruikt nog steeds vanaf het Eco-programma. Wel is de testnorm gewijzigd. Zo houdt men nu ook rekening met bekers, pannen en plastic servies om de energieprestaties te bepalen. Dit komt beter overeen met het werkelijke verbruik. Houd er rekening mee dat het energielabel nog steeds geen informatie biedt over de andere wasprogramma’s die bijvoorbeeld worden gebruikt bij sterk bevuilde potten en pannen. Naast de energie-efficiëntieklasse bevat het energielabel wel informatie over:
Energieverbruik per 100 bedrijfscycli op het Eco-programma
Maximale laadcapaciteit uitgedrukt in standaardcouverts op het Eco-programma
Waterverbruik per bedrijfscyclus op het Eco-programma
Duur van het Eco-programma
Geluidsniveau
Energielabel voor koel- en vriesapparaten
Hier is de berekening sinds 2021 veel uitgebreider en complexer geworden. Zo wordt er sinds 2021 bijvoorbeeld ook rekening gehouden met de kamertemperatuur, de compartimentgrootte en het type koel- of vriesapparaat. De overige elementen die op het energielabel zijn weergegeven, komen wel overeen met hoe het voor 1 maart 2021 was. Zo geeft het bijvoorbeeld nog steeds het energieverbruik per annum (per jaar) weer. Daarnaast bevat het energielabel informatie over:
De totale inhoud van de vriescompartimenten
De totale inhoud van de koelcompartimenten
Het geluidsniveau
Energielabel voor airconditioners
Het energielabel voor airconditioners blijft momenteel ongewijzigd. Het energielabel bevat informatie over het energiegebruik, de energie-efficiëntie en het geluidsniveau. Er zijn wel aparte energielabels voor monoblock-airconditioners en splitsystemen. Een splitsysteem is over het algemeen de zuinigste keuze. Houd er wel rekening mee dat de energieklasse bij beide systemen op een volledig andere manier wordt berekend en dat ze gewoon niet te vergelijken vallen. Zo is een splitsysteem met energieklasse D net zo energiezuinig als een monoblock-airco met energielabel A.
Energielabel voor lampen
Ook het oude energielabel voor lampen was compleet voorbijgestreefd. Zo vielen alleen gloeilampen in de lagere klassen, terwijl gloeilampen al jaren niet meer worden gebruikt. Vergelijken tussen ledlampen was heel moeilijk geworden. Sinds 1 september 2021 is er een nieuw energielabel voor elektrische lampen.
Het energielabel voor lampen wordt weergegeven met een letter, gaande van A tot en met G. A is de meest zuinige optie en G is de minst zuinige optie. Het letterteken geeft met andere woorden aan hoe zuinig de lamp met de energie omgaat. Behalve het letterteken bevat het energielabel ook andere informatie. Het geeft namelijk weer wat het energieverbruik is, uitgedrukt in kWh per 1.000 lichturen. Daarnaast is er een QR-code op het energielabel weergegeven. Als je deze code met bijvoorbeeld een smartphone scant, kom je op een EU-website terecht met meer informatie over de lamp.
Let wel op, want winkels mogen hun huidige voorraad nog even verkopen. Daarom kan je tot 1 maart 2023 nog steeds lampen tegenkomen met het oude energielabel, bijvoorbeeld met het opschrift A+ of A++. Het letterteken van het oude energielabel kan niet zomaar met het letterteken van het nieuwe energielabel worden vergeleken. Het oude A+ is namelijk eerder vergelijkbaar met de lettertekens B, C of zelfs D van het nieuwe energielabel. Het is dan beter om het elektriciteitsverbruik met elkaar te vergelijken, dit is op zowel het oude als het nieuwe energielabel weergegeven.
Als er een QR-code op het energielabel staat en de lettertekens van A tot en met G lopen, heb je te maken met het nieuwe energielabel. Als er geen QR-code op het energielabel staat en de lettertekens van A++ tot en met E lopen, heb je te maken met het oude energielabel. Bij het nieuwe energielabel hebben de meeste lampen het letterteken B, C of D. Er zijn nog niet veel lampen die energiezuiniger zijn. In de toekomst kan hier verandering in komen.
Energielabel voor televisie- en computerschermen
Volgens Milieu Centraal zitten mensen een kwart van hun wakkere leven voor de televisie. Net daarom is de keuze voor een energiezuinig scherm zo belangrijk. Ook hier is er sinds de invoering van het energielabel in 2021 het een en ander gewijzigd. De vroegere beeldbuizen zijn bijvoorbeeld bijna niet meer te vinden, terwijl deze vaak energiezuiniger zijn dan de hedendaagse televisies. Vooral de plasmaschermen scoren veel slechter. Ook hier is het energielabel per 1 maart 2021 aangepast en loopt het energielabel van klasse A tot en met klasse G.
Energielabel voor banden
Het klinkt misschien vreemd dat er een energielabel is voor banden, maar door te kiezen voor energiezuinige banden kan er flink veel energie worden bespaard. De banden van een auto zijn per slot van rekening goed voor twintig tot dertig procent van het brandstof- of energieverbruik van een auto. Energiezuinige banden zijn dus niet alleen goed voor wie op brandstof rijdt, maar ook voor elektrische wagens.
Net zoals bij elektrische apparaten is het energielabel onderverdeeld in de klassen A tot en met G, waarbij klasse A de energiezuinigste optie is. De keuze voor een band van klasse A levert een gemiddelde brandstofbesparing van 9% op ten opzichte van een band van klasse G.
Daarnaast bevat het energielabel ook extra informatie over de grip op een nat wegdek (klasse A is opnieuw de beste keuze), over het geluidsniveau van de banden en allerlei andere eigenschappen (bandenmaat, belastingindex, snelheidsindex enzovoort).
Hoe zuinige apparatuur zichzelf terugverdient
Een wasmachine met een A-label lijkt in eerste instantie een veel minder interessante aanschaf dan een wasmachine met een D-label. Dat heeft als reden dat de A-wasmachine een veel hogere prijs heeft dan de andere D-wasmachine. Dat prijsverschil is echter iets waar men zich te snel op verkijkt. Het is namelijk een verschil dat de zuinigere wasmachine door het gebruik ervan terugverdient. Zo zal een dergelijke A-wasmachine, doordat men per wasbeurt een bepaald percentage aan stroom minder verbruikt, zichzelf voor een deel terugverdienen. De aanschafprijs die de consument op het prijskaartje van een D-wasmachine ziet staan, vertelt dus niet het volledige verhaal omdat het geen rekening houdt met het duurdere verbruik van de wasmachine.
Hetzelfde geldt dan ook voor een A-wasmachine, maar omgekeerd: de consument zal dus in eerste instantie een veel hogere prijs moeten betalen voor een apparaat, wat op den duur zuiniger is. Wanneer de wasmachine net kapot is, heeft men dat geld doorgaans niet zomaar op een bankrekening staan. De laatste jaren zijn energiezuinige toestellen gelukkig steeds voordeliger geworden. De oude energieslurpende apparaten verdwijnen steeds vaker uit de Nederlandse huishoudens en de zuinigere apparaten zijn aan een opmars begonnen.
Energielabel voor auto’s
Dankzij het energielabel voor auto’s ziet een potentiële koper meteen hoeveel brandstof een auto verbruikt. Zo is een auto met energielabel A minstens 20% zuiniger dan een gemiddelde auto uit dezelfde grootteklasse. Ook het energielabel B (10-20% zuiniger) en C (max. 10% zuiniger) zijn positief te noemen. In de klassen D tot en met G is de auto onzuiniger dan de gemiddelde auto uit dezelfde grootteklasse.
Omdat auto’s die minder brandstof verbruiken ook milieuvriendelijker zijn en minder CO2 uitstoten, stimuleert de overheid auto’s met een gunstiger energielabel. Daardoor kan op basis van de uitstootnorm de BPM (belasting van personenauto’s en motorrijwielen), de bijtelling en de wegenbelasting gunstiger uitvallen.
Inhoud van het energielabel voor auto’s
Op het energielabel voor auto’s is in de eerste plaats de energiezuinigheidsklasse (A tot en met G) weergegeven. Daarnaast bevat het energielabel voor auto’s ook informatie over het verbruik per 100 kilometer, het verbruik in kilometers per liter en de CO2-uitstoot in gram per kilometer.
Energielabel is niet altijd waarheidsgetrouw
Houd er rekening mee dat de weergegeven waarden altijd worden bepaald in de meest gunstige laboratoriumsettings. In de praktijk zijn die waarden vrijwel onmogelijk te behalen omdat het weer, het wegoppervlak, de hellingsgraad et cetera nu eenmaal vaak niet optimaal zijn. Daarnaast speelt ook de rijstijl een belangrijke rol, net zoals de belasting van het voertuig. Meer dan een tool om verschillende auto’s min of meer met elkaar te vergelijken, is het energielabel voor auto’s dan ook niet. Ook voor oudere tweedehandsauto’s biedt het energielabel onvoldoende informatie.
Veelgestelde vragen over het energielabel
Het belang van het energielabel kan niet worden onderschat. Het energielabel biedt namelijk inzicht in het energieverbruik en de energiezuinigheid van een apparaat. In het verleden heeft men het energielabel vaak gewijzigd, wat voor verwarring kan zorgen. Deze FAQ is er om deze onduidelijkheid weg te nemen.
Wie houdt er toezicht op de correctheid van de energielabels?
Er zijn verschillende overheidsdiensten belast met het toezicht op de aanwezigheid en de correctheid van energielabels. Bij energielabels voor motorvoertuigen en autobanden gaat het bijvoorbeeld om de RDW. Bij verlichting en huishoudelijke apparaten behoort dit tot het takenpakket van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit. Bij de energielabels voor woningen is het de RVO die hier toezicht op houdt.
Hoe kom ik aan een energielabel voor mijn woning?
Controleer eerst welk voorlopig energielabel de woning heeft. Dit kan via de website Energielabel.nl. Wanneer er geen energielabel is of wanneer je deze wil vernieuwen, zoek je een energieadviseur op. Via de website Centraalregistertechniek.nl vind je eenvoudig een energieadviseur. Maak een afspraak en hij komt bij je langs. In ongeveer 1 tot 2 uur tijd voert hij een analyse uit en stelt hij het energielabel vast.
Zijn er ook gebouwen waarvoor een energielabel niet verplicht is?
Ja. Een energielabel is bijvoorbeeld niet nodig voor gebouwen die geen energie gebruiken om hun klimaat te regelen, zoals een garage of schuur. Ook recreatiewoningen die minder dan vier maanden per jaar in gebruik zijn en waarbij het verwachte energieverbruik minder is dan 25% van het verbruik bij permanent gebruik zijn vrijgesteld. Ten slotte zijn er uitzonderingen voor gebouwen die hoogstens twee jaar in gebruik zijn, bedrijfspanden voor opslag of bewerkingen, kleine vrijstaande gebouwen, gebouwen voor religieuze activiteiten en voor beschermde monumenten.
Ik ben erfgenaam en wil de woning verkopen. Heb ik een energielabel nodig?
Ja. Ook wanneer erfgenamen de woning verkopen, zijn zij verplicht om een energielabel te bezitten en de gegevens aan de (kandidaat-)koper mee te delen.
Mijn woonhuis heeft een tweeledig gebruiksdoel en wordt ook als winkel gebruikt. Welk energielabel heb ik nodig?
Elk deel heeft dan een eigen energielabel nodig. Voor het woongedeelte is een energielabel voor de woning nodig en voor de winkel is een energielabel voor een utiliteitsgebouw nodig. Het eerste energielabel wordt verstrekt door een EP-adviseur en het tweede energielabel wordt via een gecertificeerde EP-adviseur bekomen.